“Waarom onze slibontwatering nog uitbesteden?”, vroeg water-link zich af. Samen met GEA bouwde het Antwerpse waterbedrijf in 2016 een container met daarin een polymeer-aanmaakunit en een decantercentrifuge om het slib optimaal te ontwateren. “Onze slibontwatering en -transport verlopen nu geautomatiseerd en we besparen de helft op onze operationele kosten”, weet Sven Kempeneers, Process Engineer bij water-link. Hij legt uit aan de hand van 6 ‘wins’ wat de installatie van de decanter precies opbracht voor water-link.

Als grootste waterproducent in Vlaanderen bedient water-link 3 marktsegmenten: de residentiële markt, de industrie en andere waterbedrijven. Concreet levert water-link het dagelijkse drinkwater aan ruim 1 miljoen mensen. Sven Kempeneers: “In onze hoofdstroom zuiveren we het oppervlaktewater door er zwevende deeltjes, micro-organismen, algen, … aan te onttrekken. De slibontwatering gebeurt dus pas in de reststroom, maar heeft wel een invloed op onze hoofdstroom.”

WIN #1 – efficiënter proces

“Vroeger stockeerden wij het slib in een bekken dat 1 à 2 keer per jaar door een externe partner werd behandeld en afgevoerd. Doordat het slib veel langer gestockeerd werd, was het ook meer gedegradeerd (o.m. ammoniakvorming) – zeker in de zomer. Dankzij deze installatie verloopt de slibontwatering continu: de vuilvracht wordt onmiddellijk verwijderd en afgevoerd.”

“Daardoor kunnen we efficiënter werken: we recupereren meer en zuiverder water uit het slib, dat we makkelijker opnieuw in onze hoofdstroom kunnen brengen.”

WIN #2 – beter resultaat

“Een vuistregel stelt dat 1% meer droge stof de operationele kost met 5% doet dalen. Dankzij deze installatie houden we een meer geconcentreerde hoeveelheid droge stof over: we hebben het percentage droge stof kunnen opvoeren van 0,1% naar 16 à 22%. GEA gaf ons ook de garantie dat we minstens 600 kg droge stof per uur zouden kunnen verkrijgen, wat overigens ook het geval is. Sinds de ingebruikname hebben we drie performantietesten gedaan, die consistent werden gehaald.”

WIN #3 – minder milieu-impact

“Het slib is meer geconcentreerd. We hoeven dus minder grote hoeveelheden af te voeren. Dat slib wordt overigens hergebruikt als niet vormgegeven bouwstof ondermeer voor het ophogen van dijken en wegen.”

WIN #4 – keep it simple

“Toegegeven: bij water-link kenden we weinig van slibontwateringstechnieken en hadden we ook niet de mensen of middelen om ons daarin te verdiepen. Afgezien van de civiele werken beheerde GEA dit project van A tot Z: het ontwerp (rekening houdend met hoge eisen naar geluidsdichtheid, isolatie en ventilatie), de aannemingswerken, de onderdelen van de installatie, de oplevering, de ingebruikname, tot en met de vorming van onze staf en controlemedewerkers. Dankzij de doorgedreven automatisering zijn eventuele interventies door onze mensen tot een minimum herleid.”

WIN #5 – geen zorgen, ook na de ingebruikname

“Door die all-in-aanpak kon GEA niet alleen een beter resultaat garanderen, maar ook een goede service na de ingebruikname. GEA is een lokale speler dat over een team van tien technici beschikt. Er is 24/7 iemand beschikbaar om ons te ontzorgen indien nodig. Ook de onderhoudskost over 5 jaar was zeer aanvaardbaar.”

WIN #6 – operationele kosten -50%

“Dankzij de automatisering hebben we onze operationele kosten met de helft teruggedrongen. Ook het terugverdieneffect zit in dezelfde grootteorde. De investering in dergelijke bouwwerken verdienen we normaal gezien terug over tien jaar. Volgens de huidige rendementsberekeningen zullen we de investering gemiddeld al na 5 jaar terugverdiend hebben.”

“Topproduct”

De resultaten zijn indrukwekkend en water-link enthousiast. Dat enthousiasme heeft zeker ook te maken met de manier waarop GEA de hindernissen tijdens dit project genomen heeft. “Dit aluminiumslib is geen gemakkelijk slib”, legt Sven uit. “Je kan het niet vergelijken met biologisch actief slib van Aquafin bv. In de zomer heb je meer algen dan in de winter; af en toe komt er eens een actieve koolspoeling door. Maar GEA heeft steeds haar verantwoordelijkheid opgenomen en eventuele problemen doortastend aangepakt – ze kon daarvoor ook steeds rekenen op ondersteuning van het Duitse moederbedrijf. Zo vormden de wijzigende samenstellingen die ontstaan door een hoge variabiliteit van de slibeigenschappen (drinkwater uit oppervlaktewater) bijvoorbeeld een uitdaging omdat ze een grote invloed hebben op de stabiele werking en prestaties van de installaties. Om die variabiliteit op te vangen voerden we (voornamelijk softwarematige) aanpassingen door zodat we de performance konden maximaliseren en een stabiele bedrijfsvoering garanderen. Langs beide zijden was er best wel een gezonde prestatiedruk en stress, maar uiteindelijk heeft GEA hier een topproduct neergezet waar wij heel blij mee zijn.”

• Het project vond plaats in 2016